Het grote genieten kan beginnen

De bevalling zit erop en jullie zijn ouders geworden van een prachtige baby. Je hebt nu echt even nodig om bij te komen en te wennen aan de nieuwe situatie. Mogelijk is het gegaan zoals gehoopt of verwacht, maar misschien ook niet. Laat het maar landen en kijk samen terug. In deze periode , die we kraamtijd noemen, komen wij regelmatig en de kraamzorg elke dag bij je thuis. Maar wat gebeurt er nog meer in deze periode, wat moet je nog regelen en bij wie kun je terecht voor vragen? We leggen het je graag uit.

De magische eerste uren…

Meteen na de bevalling leggen we de baby (als je dit wilt) bij je op de buik, we drogen je kindje af en geven hem/haar een lekkere warme muts en een warme doek. We observeren de kleur, ademhaling, spierspanning, reflexen en hartslag van de baby. We noem dit de apgar-score en drukken dit uit in cijfers.

Nadat de navelstreng is uitgeklopt zetten we er een klemmetje op en wordt de navelstreng door papa of jou doorgeknipt. Meestal wordt hierna binnen 30 minuten de moederkoek geboren.

Het huid contact is erg belangrijk voor jou en je kindje, de hartslag en ademhaling van de baby wordt rustiger, het eerste hechtingsmoment is daar. Wanneer je borstvoeding wilt geven is dit een mooi moment om je kindje kennis te laten maken met je borst.

We inspecteren je vagina aan buiten-, en binnenzijde; soms is het nodig te hechten. We geven je hiervoor een plaatselijke verdoving. Wanneer ook (een deel van) de kringspier of darmslijmvlies is gescheurd vragen we de gynaecoloog om te hechten.

Vervolgens zullen we de baby nakijken, we gaan het gewicht wegen, de temperatuur controleren, reflexen testen. En de baby krijgt van ons 1mg vitamine K via druppeltjes in het mondje, dit is voldoende voor de 1e week.

Daarna laten we jullie even fijn met rust zodat jullie even kunnen bijkomen. Het is tijd voor beschuit met muisjes en de familie kan worden gebeld!

Eerste hulp voor 24 uur

Voor moeder

  • Bloedverlies

    • Flink bloedverlies (meer dan je gewend bent van je menstruatie) na een bevalling is normaal en ook stolsels komen voor (soms zo groot als een sinaasappel). Je neemt contact met ons op wanneer je je niet goed voelt, je elk half uur een vol groot maandverband hebt, je twee of meer grote stolsel verliest en /of het vloeien niet stopt (“de kraan staat open”).
    • Het is normaal als je elke 3 uur een maandverband moet wisselen. Na een aantal dagen merk je dat bloedverlies afneemt, verandert van kleur. Bloedverlies kan  zo’n 4-6 weken aanhoudt.
  • Plassen na de bevalling

    • na een bevalling moet je binnen 6 uur geplast hebben. We geven duidelijk aan vóór welke tijd dit is. Wanneer dit niet lukt neemt je altijd contact op met ons.
    • Plassen kan in het begin wat gevoelig zijn, er zijn mogelijk (kleine) schaafwondjes of je hebt hechtingen waardoor het pijnlijk voelt. Vaak helpt het als je tijdens het plassen spoelt met lauw water of als je probeert tijdens het douchen te plassen.
    • Door te plassen leegt je blaas en heeft je baarmoeder ruimte om samen te trekken waardoor je sneller minder bloed zult verliezen.
  • Naweeën

    • Ook na een bevalling kun je nog last hebben van weeën, de zogenaamde naweeën. Ze zorgen ervoor dat de baarmoeder goed samentrekt en kleiner wordt, waardoor je minder gaat vloeien. Meestal zijn ze na 48 uur verdwenen.
    • Je mag paracetamol gebruiken voor naweeën, 4 keer 2 tabletten paracetamol van 500 mg. per 24 uur.
  • Hechtingen

    • Wanneer je hechtingen hebt gekregen kan dit nog gevoelig zijn. Neem zo nodig paracetamol. Verwissel regelmatig je verband en zorg voor hygiëne door te spoelen onder de douche. Hechtingen lossen (meestal) vanzelf op. Vanaf de 6e dag kunnen we eventueel een trekkende, pijnlijke hechting verwijderen. De kraamverzorgster controleert de hechtingen dagelijks, zijn er bijzonderheden dan overlegt ze met ons.
  • Koorts

    • Wanneer je binnen 24 uur boven 38,0 graden koorts hebt bel dan altijd via ons spoednummer 06- 278 417 33

Voor de baby

  • Plassen

    • de baby hoeft de 1e 24 uur maar één keer te plassen, de komende dagen wordt dat meer. Eigenlijk komt er elke dag een plas-luier bij.
    • De eerste urine kan wat verkleurd zijn (rood/oranje) dit is onschuldig en verdwijnt als de baby voldoende vocht binnen krijgt.
    • Tip: bewaar de uiers voor de kraamverzorgster zodat zij kan controleren of er voldoende plas en poep gezien wordt.
    • Bel altijd als de baby niet binnen 24 uur geplast heeft
  • Poepen

    • De eerste poepluiers van de baby zijn zwart, meconium. Het plakt is geurloos en soms veel!
    • Na een paar dagen verandert de kleur naar wat bruinig en uiteindelijk geel met pitjes. Dit is een normale kleur poep voor een baby.
    • Bel altijd als de baby niet binnen 24 uur gepoept heeft.
  • Temperatuur

    • Een normale temperatuur is tussen 36.5ºC en 37.5ºC. Meet de temperatuur de eerste dagen voor elke voeding (á 3 uur)
    • Omdat baby zijn/haar temperatuur nog niet goed kan regelen (ze kunnen niet rillen en niet zweten) heeft hij/zij soms een kruik nodig. Bij een temperatuur lager dan 36.5ºC 2 kruiken en controleer je na één uur opnieuw de temperatuur. Bij een temperatuur boven 37.5ºC warmte langzaam afbouwen (kruikjes weg, muts af, dekentje minder) en na een uur opnieuw meten.
    • Bel altijd als de temperatuur ondanks de tips niet stijgt of daalt.
    • Leg een kruik in een kruikenzak nooit direct tegen de baby aan, er moet altijd nog een laag (dekentje) tussen zitten. En controleer van tevoren goed of de kruik niet lekt!
  • Borstvoeding

    • Een baby mag de eerste 24 uur zo vaak aan de borst als hij/zij wil. Soms vallen ze nadat ze eerst een tijdje erg wakker waren in een diepe slaap. Dat is niet erg. Een baby wordt geboren met een vetreserve ze kunnen er wel even tegen.
    • Baby’s worden geboren met een zoek en zuigreflex. Probeer signalen te herkennen zodat je ontdekt wanneer je baby graag wilt drinken.
    • Bel altijd als je baby tijdens het voeden of als hij slaapt blauwe lipjes krijgt.
  • Flesvoeding

    • De eerste dag drinkt je baby 10cc per keer, elke dag wordt dat een beetje uitgebreid.
    • De kraamverzorgster zal je uitleggen hoe je flesvoeding klaarmaakt en je hierin advies geven.
    • Bel altijd als je baby tijdens het voeden of als hij slaapt blauwe lipjes krijgt.
  • Huilen

    • Baby’s huilen, dat is de enige manier om te laten weten dat ze iets willen.
    • Oorzaken: honger, vieze luier, te warm, te koud, krampjes, zuigbehoefte of ze willen graag bij je zijn. Neem gerust je kindje lekker tegen je aan, het is vertrouwd en voelt vellig. Huidcontact is goed voor de ontwikkeling van je kindje.
  • Misselijk

    • Sommige kinderen zijn wat misselijk na de geboorte, ze hebben vruchtwater en soms ook wat bloed ingeslikt. Schrik niet als ze een beetje (roest)bruin overgeven, dat is vaak oud bloed. Meestal is het na 24 uur over.

Wie komt er op bezoek

Na de bevalling komen wij nog een aantal keer bij je op huisbezoek om te vragen hoe het moet jullie gaat en of de herstelperiode normaal verloopt. De kraamverzorgster is er iedere dag en voert de controles uit bij jou en je baby, begeleid je bij de (borst)voeding van je baby en leert jou en je partner over de verzorging van jullie kindje.  Indien nodig overlegt zij met ons.

Afhankelijk van het aantal uren kraamzorg verricht de kraamverzorgster ook lichte huishoudelijke taken.

Tussen dag 5 en 7 komt er een wijkverpleegkundige langs om de hielprik en gehoorscreening uit te voeren.

En natuurlijk komt er familie! Trost als jullie zijn willen jullie graag je kindje showen. Maar probeer rust in te bouwen en hou de bezoekjes kort; alle nieuwe indrukken en de gebroken nachten kosten veel energie. Dus slaap overdag wanneer de baby dat ook doet en tank een beetje bij.

Nadat de kraamweek is afgesloten neemt het consultatiebureau contact met je op. Vanaf dat moment is dat je aanspreekpunt als het gaat om de ontwikkeling en groei van je kindje.  Zij maken een afspraak om de eerste keer bij je thuis langs te komen. De keren daarna ga je langs op het consultatiebureau.

Baby-zaken

Groeit je baby goed?

Bijna alle baby’s vallen in de eerst dagen af. Streven is altijd om dit niet meer dan 10% van het geboortegewicht te laten zijn. Meestal heeft je baby op dag 4 zijn/haar laagste gewicht bereikt en zal daarna weer gaan groeien. De kraamverzorgster weegt de baby elke dag en houdt dit goed in de gaten. Bij twijfel of teveel afvallen zal zij contact met ons opnemen. En maken we een voedingsplan om te zorgen dat de baby voldoende voeding binnen krijgt om te kunnen groeien.

Navelstompje

Het navelstompje droogt in, wordt zwart en valt er meestal in de eerste week vanzelf af. Soms komt hierbij wat wondvocht vrij of een beetje bloed, ook kan het wat ruiken. Laat het drogen aan de lucht en houdt het schoon.

Vitamines voor je baby

Vanaf de 8e dag van de geboorte ga je je kindje zelf vitamines geven. Deze vitamines zijn belangrijk. De kraamverzorgster legt je uit hoe je dit het beste kunt doen.

Knuffeltijd

Een baby heeft veel behoefte aan lichaamscontact.  In de baarmoeder wordt je kindje continu aangeraakt en heen en weer gewiegd. Na de geboorte is dat ineens heel anders. Niet voor niks worden in een groot deel van de wereld baby’s de hele dag door hun moeder dicht bij zich gedragen. Het is goed voor hun ontwikkeling en groei. Uit Europees onderzoek blijkt dat baby’s die gemiddeld bijna tien uur lichaamscontact per dag kregen 50% minder huilden. Knuffelen maar!

Koortslip

Wanneer iemand een koortslip heeft adviseren we de baby niet te knuffelen of te kussen, een mondkapje te gebruiken en goed de handen te wassen. Een koortslip kan gevaarlijk zijn voor een baby! Dit risico neemt geleidelijk af gedurende het eerste jaar.

Veilig slapen

Leg je kindje altijd veilig te slapen. Hoe doe je dat, hier een aantal tips:

  • Leg je kindje in rugligging.

  • Gebruik katoenen /wollen dekentjes.

  • Zorg dat het bedje en de kamer goed kunnen ventileren.

  • Zorg voor een rookvrije omgeving.

  • Maak het bedje laag op en gebruik geen kussentje.

Geboorteaangifte

Iedere baby die geboren wordt moet binnen 3 dagen (de geboortedag zelf telt niet mee) worden aangegeven bij de gemeente waar hij/zij geboren is. Dit is dus niet persé de woonplaats van de baby. Je moet hiervoor een afspraak maken, meestal online. De vader of duomoeder van de baby moet de geboorteaangifte doen, de moeder mag ook mee maar dit is niet verplicht. Je bent verplicht een geldig identiteitsbewijs mee te nemen. Is er vóór de geboorte erkenning of naamskeuze gedaan? Dan moet je de akte daarvan ook meenemen als je geboorteaangifte doet. Als het ziekenhuis of de verloskundige een verklaring van de geboorte heeft afgegeven dan is het handig om deze ook mee te nemen. Je kunt in de meeste gevallen ook online geboorteaangifte doen.

Baby-blues of kraamtranen

Rond de 3e -4e dag zijn er vaak ineens de tranen, kraamtranen. Je kunt er niets aan doen maar de roze wolk is even een beetje verdwenen. Onderbroken nachten, nieuwe indrukken, gevoel van verantwoordelijkheid en hormonen die rond tieren zorgen voor dit gevoel. Laat het maar gebeuren, het is normaal.

Maar duurt het langer, heb je het gevoel niet gelukkig of blij te zijn en durf je er niet over te praten omdat je je schuldig voelt of twijfelt over het moederschap, probeer het dan toch met ons te delen. Het is juist belangrijk hierover te praten. Samen kunnen we kijken hoe we je het beste kunnen helpen hiermee.

Was je onder begeleiding van de gynaecoloog

Ook dan ben je bij ons van harte welkom en verzorgen wij graag de nazorg voor jou en je kindje in het kraambed. Je kunt je van tevoren al aanmelden via het inschrijfformulier.

Ben je al bevallen en had je je niet aangemeld bel ons dan even op de spoedlijn. We spreken dan met je af wanneer we bij je langs komen.

Meld je aan voor de nazorg tijdens je kraambed.

Aanmelden
Aanmelden

Na de kraamweek

Na ongeveer een week sluiten we het kraambed af. Als het goed is ben je er klaar voor en ben je goed aan het herstellen zodat je je kindje zelf kunt verzorgen en langzaamaan je normale leven weer op kan pakken. De komende tijd ga je je balans vinden in de nieuwe gezinssamenstelling.

Wij dragen de zorg over aan het consultatiebureau en je huisarts. Maar heb je nog een verloskundige vraag laat het ons gerust weten.

Vrijen en anticonceptie na de zwangerschap

Nadat jullie baby geboren is verandert er een hoop. Mogelijk ook op seksueel gebied. Net na de bevalling heb je misschien nog geen behoefte aan vrijen; je bent moe, met andere dingen bezig, je lichaam moet nog herstellen en jullie moeten wennen aan alle nieuwe veranderingen. Neem de tijd daarvoor, de behoefte aan vrijen komt echt wel weer. De eerste keer vrijen na de bevalling is vaak spannend. Voelt het net als ervoor? Je zult merken dat je wat moeilijker opgewonden (vochtig) wordt, en dat de vagina anders kan aanvoelen. Begin voorzichtig, neem de tijd om opgewonden te raken en gebruik eventueel een glijmiddel.

Wanneer je weer gaat vrijen wordt anticonceptie mogelijk ook weer belangrijk. De eerste menstruatie kan vanaf 6 weken weer op gang komen. Het kan ook nog maanden wegblijven. Ongeveer 2 weken voordat je ongesteld wordt, vindt de eisprong plaats. Je bent dus al vruchtbaar zonder dat je het weet. Denk daarom al tijdens je zwangerschap na over betrouwbare anticonceptie voor na de bevalling.
Als je niet gelijk weer zwanger wilt worden, zorg dan dat je een voorbehoedsmiddel gebruikt als je seks hebt. Het geven van volledige borstvoeding (inclusief de nachtvoeding) kan de kans op een nieuwe zwangerschap aanzienlijk verkleinen, maar niet uitsluiten.

Meer informatie geven we je op onze anticonceptiepagina.

Je bekkenbodem

De bekkenbodemspieren worden tijdens de bevalling opgerekt. Na de bevalling krijgen deze spieren weer langzaam hun oude vorm en kracht terug. Het is belangrijk om de bekkenbodemspieren goed te oefenen ter voorkoming/vermindering van (stress)incontinentie.

Klachten van bekkenbodemspieren:

  • urineverlies, vooral bij hoesten, niezen en tillen (stress-urine-incontinentie)
  • niet goed kunnen ophouden van windjes
  • verlies van ontlasting
  • een zwaar drukkend gevoel in de onderbuik en de bekkenbodem
  • pijn in het bekkenbodemgebied, bijvoorbeeld tijdens het fietsen of pijn bij het vrijen

Ongeveer 6 weken na de bevalling horen de klachten – eventueel met oefeningen – te verminderen. Gebeurt dit niet, neem dan contact op met ons, je huisarts of een bekkentherapeut.

Herstel na een keizersnede

Het herstel na een keizersnede duurt meestal langer dan na een vaginale bevalling. Om het herstel te bevorderen is het belangrijk dat je het de komende tijd (6 weken) rustiger aan doet een keizersnede is immers een grote buikoperatie. De eerste weken kun je merken, dat je eerder moe bent. Dit is een normaal verschijnsel. Luister naar je lichaam, neem op tijd rust.  Als je merkt dat je dingen nog niet kunt doen, doe deze dan ook niet en vraag hulp in je omgeving.

Tips die je verder kunnen helpen bij het herstel:

  • Maak geen rek- en strekbewegingen (ramen zemen, was ophangen, bed opmaken, stofzuigen, meubels verplaatsen, enz.).

  • Als je moet bukken, ga dan door je knieën.

  • Til niet te zwaar.

  • Beperk traplopen.

De eerste dagen na de keizersnede wordt de wond beschermd door een pleister. Hiermee kun je gewoon douchen. Bij thuiskomst (of nog in het ziekenhuis) wordt deze pleister meestal verwijderd en blijven er kleine (hecht)pleistertjes achter. Ook hiermee kun je gewoon douchen. Deze pleisters laten na verloop van tijd vanzelf los.

Mocht er nog wat vocht of een beetje bloed uit de wond komen, dan kun je de wond onder de douche schoonspoelen en vervolgens voorzichtig droog deppen. Aan de zijkant van het litteken heb je de eerste tijd soms een “trekkend” gevoel . Dit wordt veroorzaakt door de inwendige hechtingen en kan geen kwaad.

Omdat bij de keizersnede zenuwen in de buikhuid zijn doorgesneden, heb je vaak een tijdje een doof gevoel rond het litteken. Vaak is pas na 6 tot 12 maanden het gevoel in de buikwand weer hersteld. Het kan zijn dat op sommige plaatsen het gevoel niet helemaal terugkeert.

Let op met:

  • Sporten; De eerste zes weken na de keizersnede raden we je af om te sporten en/of fietsen. Wel kun je, als je hier weer aan toe bent, even naar buiten voor een wandeling. Start met korte afstanden en breidt deze geleidelijk uit. Ga de eerste keren liever niet alleen wandelen. Na ongeveer zes weken kun je weer rustig beginnen met sporten en/of fietsen. Met wedstrijdsport kun je het beste drie maanden wachten.

  • Autorijden; Je reactievermogen is in de eerste weken na de keizersnede verminderd. Tevens is zelf autorijden de eerste vier weken sterk af te raden in verband met de verminderde buikspierkracht en het rekken van de wond bij achterom kijken. Als je toch, wegens omstandigheden zelf moet rijden, informeer dan bij je eigen verzekering naar de regels omtrent autorijden na een keizersnede. Deze verschillen namelijk per verzekering.

  • Buikspieroefeningen kun je zes weken na de keizersnede weer rustig starten. De verschillende lagen van de buikwand zijn dan goed genezen.

Nacontrole

Ongeveer zes weken na de keizersnede vindt er een afsluitende controle plaats bij de gynaecoloog.

Goed om te weten…

Voor partners

Een hele belangrijke taak voor jou deze week: de geboorte aangifte, plan online een afspraak in de gemeente waar jullie kindje geboren is.

Is het BSN nummer van je kindje binnen geef deze dan door aan de zorgverzekering.

Neem vrij van je werk deze week, geniet mee in de kraamtijd en krijg ook handige tips van de kraamverzorgster. Fijn als je erbij bent!

Lezen/kijken/luisteren

Niet vergeten

  • Neem zoveel mogelijk rust, probeer ook overdag een middagslaapje te doen.

  • Laat je lekker verwennen, je omgeving wil nu graag lekker voor je zorgen, GENIET.

  • Plan bezoek en hou het kort, echt het kost meer energie dan je denkt.

  • TIP laat je visite een lekkere maaltijd meenemen, scheelt weer voor de avond 🙂

  • Denk aan je bekkenbodem, probeer rustig wat oefeningen op te pakken.